Toen de kredietcrisis in 2008 toesloeg zag sociaal investeerder Start Foundation dat de overheidspijlen niet werden gericht op mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt. De organisatie deed daarop in Zuidoost Brabant een proef met een kredietregeling om bedrijven te helpen banen te behouden voor juist die mensen. De ervaringen met dit ‘Crisiskrediet’ zijn zo positief dat de regeling terugkomt. Mede dankzij door de provincie Noord-Brabant gisteren toegekende steun gebeurt dat in ieder geval in de regio Eindhoven.
Vorige maand publiceerde Start Foundation de resultaten van de eerste Crisiskrediet-regeling uit 2009-2011. Het rapport Rekenen op sociale waarde laat zien waarom deze vorm van kredietverlening in deze zware economische tijden een uitstekende investering is.
De regeling en de doelgroepen
De ‘Bijzondere werktijdverkorting regeling’ en de ‘Deeltijd-WW’ van de overheid hadden als doel paniekontslagen te voorkomen en vakmanschap en waardevolle werknemers te behouden.
Daarnaast wilde Start Foundation eind 2009 werkgelegenheid voor kwetsbare groepen proberen te behouden. Hun Crisiskrediet was gericht op met faillissement bedreigde bedrijven met in principe een gezond toekomstperspectief én minimaal 40% werknemers uit kwetsbare groepen. Die groepen zijn:
- werknemers ouder dan 50 jaar,
- werknemers zonder startkwalificatie,
- voortijdige schoolverlaters,
- mensen met een handicap,
- ex-psychiatrische patiënten,
- ex-gedetineerden.
De belangrijkste voorwaarde voor verkrijging van het krediet was dat deze mensen ook daadwerkelijk in dienst werden gehouden.
De leningen werden verstrekt onder gunstige voorwaarden. Het eerste jaar was aflossingsvrij, er werd geen afsluitprovisie gerekend, de rente was lager dan bij banken én de bedrijven kregen (gratis) begeleiding van een adviseur van Start Foundation.
Investering in Crisiskredieten €675.000
Tussen augustus 2009 tot en met juni 2011 ontving Start Foundation 80 aanvragen voor het Crisiskrediet. Uiteindelijk kwamen 14 bedrijven in aanmerking voor de regeling. Op het moment van investeren hadden deze bedrijven 272 werknemers in dienst, waarvan 131 uit de doelgroep.
Start Foundation leende deze bedrijven in totaal €675.000.
De individuele kredieten varieerden van €10.000 tot €100.000.
Als gevolg daarvan waren banken bereid 9 van de 14 bedrijven samen nog eens €1.221.920 aan kredieten te verstrekken die ze anders niet hadden verstrekt. Daardoor ontstond een hefboomeffect.
Enkele bedrijven leenden tegelijkertijd ook geld bij anderen, maar gaven aan dat die kredieten ook zonder Start Foundation waren verstrekt.
Hoewel 4 bedrijven failliet gingen (waarvan er 2 een doorstart maakten), hadden de bedrijven medio november 2012 nog 256 werknemers werknemers in dienst, waarvan 122 uit de doelgroep.
Daardoor werd een voorlopig netto sociaal rendement van €1.581.000 gerealiseerd
Dat uiteraard nog verder kan oplopen.
Voorlopig netto sociaal rendement €1.581.000
Via een speciaal ontwikkelde berekeningsmethode is uitgerekend wat het gerealiseerde netto sociale rendement is dat overblijft na aftrek van de investering. En welke partijen daar profijt van hebben.
Om het rendement te berekenen is vooral gekeken naar de ‘baanvindduur’ waar de betrokken werknemers mee te maken krijgen als zij hun baan verliezen door een faillissement.
Van bijvoorbeeld werknemers boven de 55 jaar is bekend dat 1 jaar na het ingaan van de WW 70% nog geen andere baan heeft gevonden (UWV Kennisverslag 2012-3 vanaf pagina 23).
Vijf primaire belanghebbenden hebben profijt (gehad) van de eerste Crisiskrediet-regeling:
- De werknemers uit de kwetsbare groepen profiteerden zowel financieel (loon ipv een lagere ww-uitkering) alsook emotioneel (niet ontslagen worden).
- De overige werknemers bij de bedrijven profiteerden op dezelfde wijze.
- De betrokken gemeenten hadden lagere WWB-uitgaven (bijstand) over de maanden waarop een deel van de werknemers na afloop van de WW recht zou hebben.
- De Belastingdienst ontving meer inkomstenbelasting uit loon (dan uit uitkering zou zijn ontvangen).
- Het UWV hoefde geen uitkeringen te betalen aan werknemers die gemiddeld lang in die uitkering blijven.
Profijt voor de rest van de maatschappij
Net als bij andere regelingen voor behoud van banen profiteren uiteindelijk alle werkgevers en werknemers van de regeling, omdat een lagere totale uitkeringssom van het UWV resulteert in lagere WW-premies.
Daarnaast profiteerden uiteraard ook de gezinnen van de werknemers en onder andere de winkels die zij frequenteren.
De (vaak kleine) ondernemers die leverden aan de bedrijven die niet failliet gingen, profiteerden omdat zij niet met onbetaalde rekeningen bleven zitten en omzet konden behouden.
En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Record aantal faillissementen vraagt om actie
Het CBS publiceert maandelijks de faillissementscijfers van bedrijven en stichtingen exclusief eenmanszaken. In mei bleek het aantal faillissementen onverminderd extreem hoog (796).
Gevolg hiervan is dat het driemaandsgemiddelde (berekening om het wisselende aantal zittingsdagen van rechtbanken uit cijfers te filteren) eind mei de hoogste stand bereikte sinds men in 1981 is begonnen met het bijhouden daarvan.
De verwachting is dat het aantal faillissementen voorlopig nog niet serieus gaat dalen. Tussen de bedrijven die momenteel door een faillissement worden bedreigd, zitten ongetwijfeld ook veel bedrijven met procentueel veel werknemers uit kwetsbare groepen.
Succes van het crisiskrediet krijgt een vervolg
De Eindhovense gemeenteraad vroeg enkele maanden geleden Start Foundation om via een nieuwe regeling in 2013 Eindhovense werkgevers met kwetsbare werknemers met Crisiskredieten te gaan ondersteunen. De gemeente stelde daarvoor zelf €500.000 beschikbaar.
Er zijn inmiddels andere overheden met veel belangstelling om dit Brabantse voorbeeld te gaan volgen. Dat zou wel eens meer maatschappelijk rendement kunnen opleveren dan de van-werk-naar-werk-plannen in het sociale akkoord van het kabinet.
UPDATE 8 JULI 2013:
Na een politiek proces besloot de provincie Noord-Brabant eind juni dat zij ook meedoen aan het project in Eindhoven en daarvoor €335.000 ter beschikking stellen.
Informatie over het project in Eindhoven en de aanvraagprocedure is sinds kort te vinden op de website van Start Foundation.